Prof. dr. Steve Cunningham
Prof. dr. Steve Cunningham
'Mijn interesse voor RSV begon toen ik de grote impact van dit virus op patiënten, ouders en de gezondheidszorg zag tijdens mijn werk op de verpleegafdeling als kinderarts. Ik was voorzitter van de nationale richtlijn voor bronchiolitis in Schotland, die uitgebracht werd in 2006, en was daarna werkzaam als voorzitter voor de National Institute for Health and Care Excellence (NICE) richtlijn over bronchiolitis in 2015. Daarnaast ben ik betrokken bij klinisch onderzoek naar RSV, zoals ideale zuurstofsaturatie bij patiënten, vaccinontwikkeling en studies naar het mechanisme van RSV.'
Fase 1-studies uitklapper, klik om te openen
'Mijn interesse ligt met name bij de fase 1-studies. Het kinderziekenhuis in Edinburgh is het enige kinderziekenhuis in het Verenigd Koninkrijk met een accreditatie voor het uitvoeren van fase 1-studies. Een fase-1 onderzoek is de eerste stap van onderzoek, waarbij een potentieel medicijn tegen RSV wordt getest in kinderen met RSV nadat het eerst in gezonde volwassenen is getest. We moeten natuurlijk zorgvuldig te werk gaan, met behulp van de kennis van de medewerkers van het farmaceutische bedrijf en onze eigen werknemers, om te begrijpen wat de voor- en nadelen van het nieuwe medicijn zijn en welke bijwerkingen we kunnen verwachten. Met deze kennis kunnen we de ouders van kinderen die aan deze studies meedoen voorlichten over de dingen die we tot nu toe over het medicijn te weten zijn gekomen. Het heeft altijd veel impact op me wanneer ouders bereid zijn hun kind te laten deelnemen in deze onderzoeken: het is ongelofelijk altruïstisch.'
Vaccinontwikkeling uitklapper, klik om te openen
'In de ontwikkeling van vaccins en antivirale middelen tegen RSV zijn er twee grote uitdagingen: we moeten ervoor zorgen dat er op tijd voldoende patiënten zijn die kunnen meedoen aan het onderzoek, en we moeten goed evalueren wat het effect van het middel precies is. Dit laatste is lastig omdat RSV een ziekte is die zich heel wisselend kan uiten, met symptomen variërend van een milde verkoudheid tot ernstige ademhalingsproblemen. Naar verwachting zal er in de komende 3-5 jaar een vaccin en een antiviraal middel tegen RSV zijn, en hopelijk meer dan één. We hopen natuurlijk dat het vaccin veilig genoeg is om het door middel van een vaccinatieprogramma aan alle kinderen te kunnen geven.
Ik denk dat het nieuwe coronavirus zeker een effect zal hebben op de ontwikkeling van nieuwe behandelingen en vaccins tegen RSV. Veel middelen die we nodig hebben voor ons onderzoek zijn nu niet beschikbaar door COVID-19, en door de onderlinge afstand die mensen van elkaar moeten houden is het lastig om de experimentele behandelingen op een veilige manier te monitoren. Het is moeilijk om te zeggen hoe groot de uiteindelijke impact zal zijn, maar gezien de verwachting dat dit virus nog een lange tijd een grote rol zal blijven spelen, moeten we onze manier van onderzoek hierop aanpassen. Gelukkig kunnen we hierbij gebruik maken van technologie, bijvoorbeeld door informed consent te verzamelen door foto’s en door waar mogelijk de follow-up digitaal te doen.'
Awareness uitklapper, klik om te openen
'De awareness voor RSV bij ouders is wisselend. Veel mensen kennen bronchiolitis, maar niet het RS virus. Mogelijk zal de COVID-19 pandemie dit veranderen. Ik verwacht dat veel mensen daardoor zullen inzien dat virussen, inclusief RSV, ontzettend veel impact hebben.
Mijn boodschap aan ouders is: wanneer je je zorgen maakt om je kind, twijfel niet aan jezelf en neem op tijd contact op met een arts.'